Motie over vriendjespolitiek op D66-congres

Het burgerinitiatief tegen de vriendjespolitiek van Meer Democratie heb ik als motie ingebracht op een D66 Congres op 16 april 2016. In de Algemene Wet Gelijke Behandeling artikel 5, lid 4, staat namelijk een bepaling die discriminatie of  onderscheid op grond van politieke kleur toestaat als het gaat om functies in het openbaar bestuur. Die wet is een uitwerking van onze Grondwet. Dat is vreemd.
Voor de 98% van de bevolking die geen lid is van een politieke partij is het nu zinloos te solliciteren op allerlei vacatures.

De D66-fractie benadrukte dat ik moet inzetten op de transparantie van dergelijke procedures, maar niet op het wissen van dit stukje wet. Want die is wat D66 betreft wel van nut. Zonder deze bepaling zou de partij bijvoorbeeld niet een D66-er kunnen werven als politiek secretaris. Alleen dat is niet zo, dat kan je wel oplossen in de vacaturetekst. Ook zou je geen politiek gemengde gremia samen kunnen stellen omdat je in de vacature niet kan vragen naar de politieke positie. Niet dat dergelijke gremia nu zo representatief zijn. Daar zitten de bestuurderspartijen in. Geen mensen zonder politieke kleur, laat staan dat er SP-ers of PVV-ers in zitten.

In de wandelgangen probeerde ik nog om met dit soort argumenten de Kamerleden te overtuigen, maar helaas. Het advies van de partij over de motie blijft negatief. Mij is wel gevraagd de motie terug te trekken om dit goed door te spreken, maar omdat het burgerinitiatief ondertussen ook loopt. En ook zonder intrekken kan het op een volgend congres opnieuw.

Als de vacatures voor iedereen open staan kunnen ze ook breed bekend worden gemaakt via vacaturewebsites. De vrije markt zou zelfs zijn werk kunnen doen om bestuurders te vinden bij de vacatures. Maar nee, door dit artikel 5 lid 4 blijft het besloten.

D66, laat wethouders solliciteren

Mijn voorstel ‘laat wethouders solliciteren’ heb ik voorgelegd aan D66. Op 7 en 8 februari was er een congres waar mijn ‘motie’ behandeld werd door de aanwezige leden. Beide dagen liep ik rond met een sandwichbord met daarop mijn voorstel en heb ik er met veel D66-leden over gepraat. rustema met sandwhichbord met motie Een handvol was het er niet mee eens, maar tientallen anderen stapten op me af omdat ze het met me eens waren. Ook heb ik mensen erover aangesproken die overtuigd raakten nadat ze begrepen waar die lange tekst op mijn bord over ging.Politieke Motie 99.001 in Congreskrant

Toen het tot de stemming over amendementen kwam was de zaal die eerder die dag propvol zat met iets van 1000 leden grotendeels leeg gelopen. In andere zalen waren een scherm met ene schaatsende Sven in Sotchi, een workshop canvassen of een borrel. Toen ik na een reeks amendementen en een reclame voor Howard Dean in een andere zaal aan de beurt was, zag ik voornamelijk partijtijgers. De meeste gezichten van voorstanders die ik eerder herkende in het publiek zaten niet meer op hun plek. Om eerlijk te zijn, meestal zit ik zelf ook niet alle moties uit. Toch was, ondanks het ontraden door de partij, ongeveer een derde van de zaal nog voor! Dus de instemming van minder de niet-partijtijgers of niet-leden kan alleen maar hoger zijn.

Ik kreeg complimenten voor mijn campagne en het onder de aandacht brengen van het onderwerp van de partij door Marty Smits. Het werven en aanstellen van wethouders moet beter, maar niet zoals ik voorstel. Bijvoorbeeld via sollicitaties, maar wel binnen de partij.

Helaas is er geen videomateriaal van mijn presentatie. Ik kwam er op de dag zelf pas achter dat er op de webstream van het congres was bezuinigd. Er zijn alleen video’s van toespraken.